Blijft me altijd bij
19 april 2022
Waarom ik vrijwilliger ben geworden bij de VPTZ weet ik niet zo goed. Dat was en is voor mij een gevoelskwestie. Inmiddels ben ik bij 55 gezinnen geweest, maar ik sta er nog steeds hetzelfde in; het is heel speciaal om mensen in de laatste levensfase te ondersteunen en medeleven te tonen. We zijn er met name om naasten te ontlasten. Ik kom vaak tijdens de nachten, zodat zij rustig kunnen slapen. Met de cliënt probeer ik contact te zoeken en soms maken we een praatje, mits de ander daar behoefte aan heeft. Sommige mensen willen of kunnen bijna niet meer praten. Als ze slapen, dan slaap ik ook een beetje.
Hoor ik iets, dan ben ik meteen wakker. Eén keer gebeurde dat omdat een cliënt nauwelijks meer ademde. Ik hoorde nog net hoe hij zijn laatste adem uitblies. Nadat ik zijn familie gewekt had ben ik in de keuken gaan zitten en heb gewacht op de dingen die komen gingen. Dat is de enige keer dat ik bij iemands overlijden aanwezig ben geweest. Altijd blijft me dat bij. De man zelf was al in slaap gebracht, dus ik heb hem niet gesproken. Dat is vaak zo en dan overlijdt de cliënt meestal binnen een paar dagen. Soms zijn ze al overleden voordat ik ernaar toe ga. Ik vind het jammer dat ik dan niks heb kunnen doen. Af en toe kan ik ook langer voor iemand betekenisvol zijn. Eerder kwam ik een half jaar lang wekelijks bij een man met longkanker. Hij zocht iemand aan wie hij zijn levensverhaal kon vertellen. Elke woensdagmorgen voerden we mooie gesprekken over wat hij allemaal had meegemaakt.
Nadat ik bij iemand ben geweest en naar huis fiets evalueer ik de dag of de nacht met mezelf. Vervolgens laat ik het los. Dat lukt omdat het niet eigen is. Gedurende de tijd dat ik er ben heb ik een band met de mensen, daarna niet meer. Ik kom regelmatig nabestaanden tegen, maar we hebben het dan nooit meer over de inzet. Het is belangrijk dat je het niet meer naar huis neemt, anders is dit vrijwilligerswerk niet op te brengen. Daarom denk ik dat maar een klein gezelschap dit wil doen. De meeste mensen begrijpen nooit zo goed waarom ik hiervoor kies. Die vragen alleen maar: wat is daar nou de lol van, naast iemand te gaan zitten die dood gaat?’
Hoor ik iets, dan ben ik meteen wakker. Eén keer gebeurde dat omdat een cliënt nauwelijks meer ademde. Ik hoorde nog net hoe hij zijn laatste adem uitblies. Nadat ik zijn familie gewekt had ben ik in de keuken gaan zitten en heb gewacht op de dingen die komen gingen. Dat is de enige keer dat ik bij iemands overlijden aanwezig ben geweest. Altijd blijft me dat bij. De man zelf was al in slaap gebracht, dus ik heb hem niet gesproken. Dat is vaak zo en dan overlijdt de cliënt meestal binnen een paar dagen. Soms zijn ze al overleden voordat ik ernaar toe ga. Ik vind het jammer dat ik dan niks heb kunnen doen. Af en toe kan ik ook langer voor iemand betekenisvol zijn. Eerder kwam ik een half jaar lang wekelijks bij een man met longkanker. Hij zocht iemand aan wie hij zijn levensverhaal kon vertellen. Elke woensdagmorgen voerden we mooie gesprekken over wat hij allemaal had meegemaakt.
Waarom ik vrijwilliger ben geworden bij de VPTZ weet ik niet zo goed. Dat was en is voor mij een gevoelskwestie.
Evalueren met mezelfNadat ik bij iemand ben geweest en naar huis fiets evalueer ik de dag of de nacht met mezelf. Vervolgens laat ik het los. Dat lukt omdat het niet eigen is. Gedurende de tijd dat ik er ben heb ik een band met de mensen, daarna niet meer. Ik kom regelmatig nabestaanden tegen, maar we hebben het dan nooit meer over de inzet. Het is belangrijk dat je het niet meer naar huis neemt, anders is dit vrijwilligerswerk niet op te brengen. Daarom denk ik dat maar een klein gezelschap dit wil doen. De meeste mensen begrijpen nooit zo goed waarom ik hiervoor kies. Die vragen alleen maar: wat is daar nou de lol van, naast iemand te gaan zitten die dood gaat?’